Gaatjes kunnen ontstaan als bacteriën zich lang genoeg in de mond bevinden. De uitscheiding van deze bacteriën is namelijk zuur en dat schaadt de tanden. Vooral tussen tanden en kiezen in, waar bacteriën gemakkelijker langer blijven zitten, ontstaan vaak gaatjes.

Gaatjes vullen

Voordat we gaatjes kunnen vullen, maken we de tand of kies schoon. Dit betekent dat we in het glazuur boren, zodat het beschadigde deel van de tand verwijderd kan worden. Het zacht geworden weefsel halen we weg met een zogenaamde drilboor en daarna gaan we de tand of kies vullen. Dit doen we ofwel met composiet of met glasionomeer. Welk materiaal we gebruiken, hangt af van de plaats van het gaatje en de zuurgraad van de mond. Beide vulmiddelen zijn gewoon wit en worden zoveel mogelijk aangepast aan de kleur van uw gebit. Op die manier valt een vulling minder op. Beide materialen moeten worden uitgehard.

  1. Composiet hardt door specifiek licht binnen vier seconden uit
  2. Glasionomeer hardt door warmte binnen één tot twee minuten uit

Na het uitharden werken we de vulling bij, zodat uw tanden en kiezen goed op elkaar komen. Als we glasionomeer hebben gebruikt, wordt er nog een coating aangebracht die de vulling beschermt tegen slijtage.

Wij gebruiken geen zilverkleurige of zwarte vullingen.

De stopknop

Sinds kort gebruiken we een stopknop tijdens het vullen van gaatjes. Zo kunt u de tandarts laten stoppen, wanneer u dat wilt. De tandarts stopt dan meteen. Op deze manier behoudt u zelf de controle over de behandeling.

Vullingen vervangen

Soms moeten vullingen vervangen worden, bijvoorbeeld als ze schade hebben opgelopen. Ook door slijtage kan het soms zo zijn dat een vulling beter vervangen kan worden. De tandarts kijkt tijdens de controle welke vullingen aan vervanging toe zijn. Wij overleggen uiteraard altijd eerst met u voor we de vulling daadwerkelijk gaan vervangen.

Gaatjes melktanden

Ook kinderen kunnen gaatjes krijgen. Het melkgebit maakt dan op termijn plaats voor blijvende tanden en kiezen, maar de pijn in een melktand is net zo erg als in een blijvende tand. Daarom is het in veel gevallen beter om het gaatje te vullen voor er pijn ontstaat of andere problemen.

Kinderen kunnen de tandarts eng vinden. Zeker als ze voor het eerst een gaatje laten vullen. Daarom gebruiken wij de boor nooit langer dan vier tellen. Onze tandarts telt daarbij hardop, zodat kinderen weten wanneer de tandarts stopt met boren. Soms moet er dan wel meerdere keren vier tellen worden geboord. Na het boren worden de gaatjes gevuld met snel uithardend vulmateriaal, zodat de kinderen zo snel mogelijk weer klaar zijn.

Ga terug naar behandelingen